Tijdens de Tachtigjarige Oorlog (De Opstand) was het Genneperhuis bij de monding van de Niers in de Maas een machtige burcht

Het Werveld, verdediging ten zuiden van Oeffelt

Frederik Hendrik vestigde zich met een deel van zijn leger in de buurt van Oeffelt. Om zichzelf en zijn leger te beschermen tegen aanvallen vanuit Boxmeer en Beugen via de oude Romeinse Heerstraat liet hij op het Werveld tussen Oeffelt en Beugen een versterking inrichten. Hier verbleef ook een regiment van de ruiterij. Een deel van zijn troepen werd op het Oeffeltse Hoog Veld gelegerd.
 
Het Werveld was een verdedigingswerk ten zuidwesten van Oeffelt 
De plek waar deze huizen staan is op de Tranchotkaart vermeld als VoorstewerveldHet Werveld wordt omsloten door De Vilt. Oude bewoners van het gebied spreken niet over Werveld, maar over het Wèrveld. Het dialect wèren betekent afweren of tegenhouden.
De Vilt die het Werveld omgeeft is een zeer oude Maasarm en bestaat uit twee delen. De Grote Vilt is ontstaan in de negentiende eeuw door turfwinning. De Kleine Vilt werd een meer in de eerste helft van de twintigste eeuw door kleiwinning. In de tijd van het beleg van het Genneperhuis was De Vilt een laag gelegen gebied, waarschijnlijk in gebruik als weiland. De vilt is op de kaart van Visscher niet aangegeven als moeras en is toen dus wel begaanbaar geweest.
 
Op het Hoog Veld waren een aantal vaandels of compagnieën gelegerd. De kaart van Visscher vermeldt hierbij de naam van de betreffende kapiteins. Op het Hoog Veld waren dit H.van Beverweert, Walen, C.Wijnbergen en Garde.
 
De zuidoostelijke punt van het Hoog Veld heet tegenwoordig de 'Hazewinkel'. Deze hoek van de linie lag naast de grote weg van Boxmeer via Beugen en Oeffelt naar Cuijk en Nijmegen. Op deze plaats was de grens tussen de vroegere gemeentes Oeffelt en Beugen. Voor de komst van Napoleon is hier eeuwenlang de grens geweest tussen Kleve en Brabant.