Tijdens de Tachtigjarige Oorlog (De Opstand) was het Genneperhuis bij de monding van de Niers in de Maas een machtige burcht

Tijdens het beleg van het Genneperhuis was bij het Middelaarshuis een havenDe haven bij het Middelaarshuis

Op 8 juni kwam Frederik Hendrik met zijn ruiterij aan bij Sint Agatha, daags erna was ook het voetvolk gearriveerd.
Het lichte geschut was met het leger door paarden over land getrokken. Het zware geschut, munitie en proviand werd met schepen, door paarden getrokken, stroomopwaarts over de Maas tot bij het Middelaarshuis gebracht.
 
Ook tijdens het beleg van het Genneperhuis was het een komen en gaan van schepen met munitie en proviand. Ze haalden hun spullen in Holland, onder andere in Dordrecht. Ten westen van het Middelaarshuis meerden deze schepen aan beide kanten van de Maas aan. De oevers van de Maas vormden zo een soort haven. Deze werd aan de beide landzijden beschermd door wallen en grachten. De kaart van Visscher vermeldt de haven als 't'Quartier van de Schepen met vivers en Ammonitij'. Vivers is proviand, hier waarschijnlijk een verschrijving van het Franse woord 'vivres'.
 
De schepen die in die tijd werden gebruikt op de rivieren waren platbodems waardoor ze geschikt waren om in ondiep water te varen. Stroomafwaarts dreven ze met de stroom mee. Deze schepen werden vaak trekschuiten genoemd, omdat ze stroomopwaarts getrokken werden door paarden of mensen. Langs de rivieren lagen hiervoor speciale 'jaagpaden'. Als er voldoende wind was kon er gezeild worden.
 
Enkele van de schepen in de haven voeren een vlag, waarschijnlijk de prinsenvlag, de vlag van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden: Oranje Blanje Bleu, in het Frans orange, blanc, bleu. De kleuren zijn gebaseerd op de kleuren wit en blauw van de livreikleding die aan het hof van Willem van Oranje gedragen werd, aangevuld met oranje. De vlag met deze kleuren was ingevoerd door de geuzen en werd overgenomen door de Republiek.
Na de Tachtigjarige Oorlog voerde de Republiek de oorspronkelijke Hollandse vlag in: rood, wit en blauw.
 

Een trekschuit zoals gebruikt in het midden van de zeventiende eeuw